Partij 36: A-klasse                          R. Simson (v/d Vathorst) Utrecht, 26 maart 2006                                        Verlies pnt 

Ik zat in de kleedkamer en probeerde mijn gedachten te ordenen:  “Ik ben in de halve finale. Tot zover alles volgens plan. Alles wordt wat stijf, maar blessures die vechten onmogelijk maken heb ik niet. Mooi. Je gaat goed, nu dus klaar maken voor Ryan Simson. RYAN SIMSON! Ow my god!”

Gelukkig had ik mijzelf vooraf uitvoerig voorbereid op deze situatie. Anders was ik geheid in paniek geraakt. Simson is mijn jeugdheld, en dat geeft toch wel wat druk tussen de oren... Maar ik had me hierop ingesteld, ik wist dat de kans groot was dat wij elkaar hier zouden tegenkomen. Het lukte me gelukkig dan ook snel om over mijn mentale drempel heen te stappen. Ik zou gewoon gaan knokken en laten zien dat mijn tijd is aangebroken!

- Foto's met dank aan Triker en Ben Pontier Fotografie! -

 

 

Even later stond ik daar dan. De staredown met ‘mister’ Ryan Simson. Ik keek hem uitvoerig in zijn gitzwarte ogen, maar zag haast geen enkele emotie. Hij was gewoon cool. Zoals altijd.

 “Fuck it!”, dacht ik. “Hij heeft ook maar twee armen en twee benen, dus gewoon aan de slag!” De bel ging en ik ging aan het werk zoals doorgesproken met Fred. Al gauw ging ik mij goed voelen, want het werkte! Simson stond in zijn achteruit en dat gaf mij ruimte voor het maken van mijn acties. Zoals gepland veel afwisseling met draaitrappen en gedurfde agressie. Ergens aan het begin van deze ronde kreeg ik een zware stoot mee waardoor ik een tijdje op zoek was naar de middelste van de drie Simsons die ik zag, maar dat kon ik snel wegbijten waardoor ik de gehele ronde zeer sterk doorkwam. Ik kwam terug in mijn hoek en Fred vertelde mij dat deze ronde binnen was. Mede daardoor bleef mijn zelfvertrouwen groeien en ik ging dan ook voortvarend aan de slag in ronde twee. Ook in deze ronde werkte onze aanpak en toen Fred mij wederom aangekomen in mijn hoek verzekerde dat ook deze ronde voor mij was besefte ik dat ik deze partij eigenlijk niet meer kon verliezen. Ik zou namelijk heus wel zorgen dat ik niet KO ging, en dan kon het hoogstens ‘2 tegen 1’ worden! Ik wist dat Simson nu moest gaan komen, dus ik zette mij schrap voor de derde en laatste ronde.

 

Ondanks de toegenomen druk van Simson begon ook deze ronde goed voor mij. Ik draaide nog steeds goed en maakte op tijd mijn scores. Na verloop van tijd echter kreeg Simson steeds meer grip op mij. Hij voerde de druk alsmaar op en wist telkens net iets eerder dan ik zijn acties in te starten waardoor hij het overwicht kreeg. Ik voelde dat hij grip op me kreeg en dat hij groeide in zijn spel. Niet veel later ging de bel en ik stak voldaan mijn armen in de lucht. Ik kon het nog niet helemaal bevatten, maar ik was er van overtuigd dat ik op basis van de eerste twee rondes deze partij gewonnen had. Ik voelde me groots en had er zin in gekregen. Snel naar de kleedkamer en dan nog één keer alles geven in de finale!

We liepen samen wat door de ring te ijsberen en voor mijn gevoel liet de uitslag erg lang op zich wachten. Ik besefte dat dit een slecht teken was en realiseerde me ineens weer dat niks zeker is in deze sport. We gingen staan voor de beslissing en mijn voorgevoel werd bevestigd: Onbeslist! Verbazing en onbegrip namen het over, maar daarvoor had ik nu geen tijd. Terug naar mijn hoek, mezelf bij elkaar rapen en nog één keer alles geven. Ik nam me voor me gewoon helemaal leeg te knokken en ging helemaal op in het gevecht. Al snel kreeg ik echter hetzelfde gevoel als de tweede helft van de derde ronde: Simson had een aanpak gevonden die werkte en die was hij uitvoerig op mij aan het toepassen! Alhoewel hij veelal in zijn achteruit stond wist hij steeds het juiste moment te timen om een actie in te zetten en vervolgens tegen mij aan te vallen. Ik besloot met hem mee te knokken en te laten zien dat ik gewoon met hem meekon. Dat was denk ik mijn grootste vergissing want zodoende stond ik een paar keer stil op mijn plek terwijl Simson kon combineren en ik aan het zoeken was naar het moment om mijn acties te zetten. Mijn frustratie groeide en de tijd leek te vliegen. Elke keer zocht ik naar een mogelijkheid die ik niet kon vinden. De bel ging en ik zou willen vragen om extra tijd. “Geef me nou nog even de kans!”, dacht ik. “Ik weet dat ik hem moet kunnen raken!” Ondanks dat ikzelf weinig geraakt was wist ik (op basis van mijn frustratie) dat de kans groot was dat de jury deze ronde in het voordeel van Simson ging beslissen. Niet veel later werd dit bevestigd: Simson kreeg de winst en mocht door naar de finale.

Ik kwam in de kleedkamer en wist niet goed hoe ik me moest voelen. Enerzijds was ik trots op de prestatie tegen mijn held en de wereldster Simson. Anderzijds was het wel mooi voorbij voor mij, en dat was toch echt niet volgens plan. Mijn lat lag minimaal op het behalen van de finale, en dat ging mooi niet meer gebeuren. Teleurstelling, frustratie, verdriet, balen. Voorlopig geen Japan voor deze jongen.

Pas na een paar dagen kon ik voor mezelf de balans een beetje gaan opmaken. Gelukkig heb ik een aantal zaken goed gedaan en kan ik daarom op een paar punten tevreden of zelfs trots zijn:

  • Het is mij gelukt om mijn stijl om te bouwen van behoudend naar aanvallend en agressief. Iets wat maar weinig vechters kunnen. In beide partijen heb ik gelijk het gevecht naar mijn tegenstander gebracht;
  • Ik heb de vele traptechnieken die we geoefend hebben in de dojo mee kunnen nemen naar de ring. Daar moet ik wel bij zeggen dat ze lang niet altijd doeltreffend zijn uitgevoerd;
  • Ik heb ons plan goed uitgevoerd tegen Chris van Venrooij en daarom terecht gewonnen. Toch geen verkeerde prestatie tegen een vechter van dit niveau;
  • Ik heb de mentale drempel overwonnen om het grote respect wat ik heb voor een vechter als Ryan Simson niet mee te nemen in de ring. Dit is in het verleden wel eens anders geweest;
  • Ik heb het in aanvang goed gedaan tegen de wereldster Ryan Simson en daarmee laten zien dat ik thuis hoor op het allerhoogste niveau.

Deze zaken die goed gingen houden mij overeind want er is natuurlijk ook genoeg waar ik ernstig ziek van ben. Het ergste van alles is dat ik vind dat ik Fred teleurgesteld heb. Vooral in de laatste ronde tegen Simson heb ik een paar ‘basisfouten’ gemaakt waar we hard op getraind hebben om ze te voorkomen. Nou kun je erover discussiëren of hij dit door zijn kwaliteiten wist af te dwingen, of dat ikzelf heb toegestaan dat dit gebeurde. Het zal misschien een wisselwerking van beide zijn geweest, maar dat is nog geen excuus. Wij werken keihard voor maar één doel en dat is winnen. Voor de verliezer is nou eenmaal geen plaats. Het voelt alsof ik Fred’s tijd verspild heb door niet te doen wat we getraind hebben en daar schaam ik me diep voor. 

Maar goed, in zelfmedelijden bij de pakken neer gaan zitten, daar is niemand mee geholpen. Dus ik zal mijn best doen wederom sterker terug te komen. Ik ben in ieder geval weer een ervaring rijker en zal proberen te leren van mijn fouten.

 

"Luctor et emergo"

(Ik worstel en kom boven)

Menno Dijkstra